
Aangescherpte meldplicht onveilige levensmiddelen door NVWA
NVWA scherpt meldplicht onveilige levensmiddelen aan. Lees wat dit betekent voor jouw productiebedrijf en hoe je sneller en beter kunt voldoen aan de regels.
Wat zegt de wetgeving in Nederland en België over productvreemde delen en detecteerbaarheid? Wat moet jij als voedselproducent dus echt regelen? In de voedingsindustrie is voedselveiligheid je licence to operate. Een belangrijk aandachtspunt binnen elk voedselveiligheidsmanagementsysteem is het voorkomen van productvreemde delen. Denk aan stukjes metaal, plastic, glas of hout die per ongeluk in een product terecht kunnen komen. Wat zegt de Nederlandse en Belgische wet over productvreemde delen en het gebruik van detecteerbare (werk)materialen? En met welke praktische tips voorkom je productvreemde delen?
Consumenten beschouwen alles wat niet in een product thuishoort als een productvreemd deel.
Experts maken een onderscheid tussen twee soorten vreemde voorwerpen:
Voor de consument is het onderscheid tussen endogene en exogene voorwerpen niet relevant. Zij accepteren simpelweg géén vreemde voorwerpen. Zelfs niet als deze geen direct gezondheidsrisico vormen, zoals bijvoorbeeld een snipper papier in het product. De verwachting van de consument is simpel: het product moet geleverd worden zoals het omschreven is én zoals het is gewenst ofverwacht.
Productvreemde delen zijn dus alles wat onbedoeld in een product terecht kan komen tijdens het productieproces of dat niet verwijderd kan worden en dat via tast (aanraking) vastgesteld kan worden. Onzuiverheden zoals chemische residuen en microbiologische besmetting vallen hier niet onder.
Met behulp van detectie kun je productvreemde delen in het eindproduct voorkomen. Je hebt verschillende vormen van detecteerbaarheid: visuele detectie, metaaldetectie, x-ray detectie (röntgendetectie) en detectie met behulp van zeven.
De wetgeving rondom productvreemde delen en metaaldetecteerbare materialen in de voedingsmiddelenindustrie is in zowel Nederland en België als de EU vooral gebaseerd op risicobeheersing binnen voedselveiligheidssystemen zoals HACCP en normen zoals de FSSC 22000, BRCGS Food Safety en IFS Food.
In Nederland houdt de NVWA toezicht. In België is dat het FAVV. Beiden hanteren de EU-wetgeving, maar verwachten daarnaast ook dat bedrijven fysieke risico’s, zoals metaal, glas of plastic, aantoonbaar beheersen. Dat staat immers in de verplichte voedselveiligheidssystemen en praktische normkaders, zoals HACCP en GFSI-standaarden.
De Global Food Safety Initiative (GFSI) is een wereldwijde coalitie van retailers en fabrikanten die samenwerken om voedselveiligheid te waarborgen.
BRCS stelt dat (werk)materialen zo ontworpen moeten zijn dat besmetting wordt voorkomen: juiste afdichtingen, gladde oppervlakken, correcte lassen en voegen. Daarnaast moeten (werk)materialen die direct in contact komen met voedsel wettelijk geschikt zijn voor voedselcontact.
Verder vereist BRCS het gebruik van (metaal)detecteerbare materialen voor gereedschappen, pennen, kabelbinders, handschoenen et cetera om te kunnen voldoen. Ook wordt bij audits gevraagd naar kleurcodering en detecteerbaarheid van alle tools in high-care en high-risk zones. Metaaldetectoren en testprocedures moeten jaarlijks worden gevalideerd.
IFS Food richt zich onder andere op de beheersing van vreemde delen. Deze norm vereist dat bedrijven maatregelen treffen om contaminatie te voorkomen en dat tools detecteerbaar zijn via metaaldetectoren, röntgen of visuele controle.
Ook de FSSC 22000 zegt wat voor productvreemde delen en metaaldetecteerbaarheid, maar is minder prescriptief. De FSSC 22000 vereist dat fysieke gevaren in de gevarenanalyse worden opgenomen en dat kritische controlepunten (CCP’s) voor vreemde delen zijn gedefinieerd en gevalideerd.
Bedrijven moeten in het kader van (werk)materialen en apparatuur beschikken over een gedocumenteerde aankoop-specificatie die hygiënisch ontwerp, wettelijke en klantvereisten, en het beoogde gebruik van de (werk)materialen adresseert. De leverancier moet bewijzen leveren dat hij aan de specificaties voldoet voor gebruik. Appendix 1 definieert hygiënisch ontwerp als: “Ontwerp en fabricage (materialen en constructie) van apparatuur en gebouwen die eenvoudig te reinigen zijn en veilig voedsel garanderen.”
Nee, in Nederland en België is geen wettelijk maximum in millimeters voor vreemde delen. Of een deeltje ‘onveilig’ is, hangt af van:
Het wettelijke uitgangspunt is: elke fysisiche contaminant vormt een potentieel gevaar, ongeacht de grootte en moet gecontroleerd en geëlimineerd worden via HACCP-richtlijnen. Voor praktische risicobeoordeling en inspectie worden in de industrie en door inspectieorganisaties zoals NVWA en FAVV richtlijnen gehanteerd.
Algemene bevolking
< 7 mm
Alleen als het niet scherp is.
Zieken en ouderen
< 2 mm
Vaak al reden tot recall.
Baby’s ( < 1 jaar)
0 mm > zero tolerance
Elk deeltje is onaanvaardbaar.
Binnen kwaliteitsnormen als FSSC 22000, BRCGS en IFS Food is het gebruik van detecteerbare hulpmiddelen geen vrijblijvende keuze. Als je wilt voldoen aan deze normen, is een sluitend beleid rondom productvreemde delen en detecteerbaarheid verplicht.
Metaaldetecteerbaarheid is niet verplicht volgens deze richtlijnen. Detectie via magneten, x-ray, visuele detectie of detectie met behulp van zeven zijn ook manieren om productvreemde delen te detecteren.
Door de ontwikkeling van detecteerbaarheid, zijn er steeds meer hulpmiddelen en materialen ook beschikbaar in een detecteerbare variant. Hierdoor is het mogelijk om steeds meer gevaren rondom fysische contaminatie binnen productiefaciliteiten te beperken. Denk aan (metaal/visueel) detecteerbare materialen zoals:
Zeker in high-care omgevingen of bij productie voor risicogroepen is dit verplicht terrein.
Het HACCP-plan kan nog zo mooi zijn, maar als de uitvoering hapert, krijg je alsnog ongewenste stukjes plastic, metaal, glas of hout op je lopende band. Daarom: concrete maatregelen die werken in de praktijk.
Er is geen harde millimeter-norm in de wet, maar het uitgangspunt is duidelijk: elk fysiek vreemd deel vormt een risico. Voedselproducenten in Nederland en België moeten die risico’s beheersen via technische, gedragsmatige én administratieve maatregelen. Investeer in:
Zo borg je de voedselveiligheid, versterk je je certificeringen en voorkom je… gratis reclame op de verkeerde manier.
Brilliant Group is specialist in hygiëne en voedselveiligheid voor de voedingsmiddelenindustrie in Nederland en België. Wij leveren detecteerbare producten én denken mee in risicoanalyse en inrichting van jouw productielocatie, van kleedkamer tot opslag.

NVWA scherpt meldplicht onveilige levensmiddelen aan. Lees wat dit betekent voor jouw productiebedrijf en hoe je sneller en beter kunt voldoen aan de regels.

CIP-reiniging, COP-reiniging, OPC-reiniging, diepte- en membraanreiniging. Ontdek welke reinigingsmethode voor de voedingsindustrie voor jouw fabriek nodig is.

Topaz HD4 reinigt rookkamers sneller en grondiger dan vergelijkbare alternatieven. Lees meer over hoe Topaz HD4 werkt om rookaanslag te verwijderen.